zaterdag 1 oktober 2011

De maandelijkse stoelendans ...

Gisteren was het de laatste schooldag van de maand september. Die eerste maand is weer zo voorbij gevlogen. Dat is normaal, gezien de drukte van het begin van het schooljaar, hoor ik u denken. Zeker en vast, maar reken daar ook al maar de voorbereiding voor Spiel en andere Spel 2011-en bij. Dit zijn afspraken waarnaar we elk jaar uitkijken. Maar daarover wil ik het vandaag eigenlijk niet echt met u hebben.

Op de laatste dag van de maand mogen mijn kindjes in de klas een nieuw plaatsje uitkiezen. Vaak wordt deze traditie op gejuich onthaald, want het is altijd leuk om een nieuw plekje op te zoeken in de klas. Dan zit je eens naast iemand anders, zie je het bord vanuit een ander standpunt en kan je je trachten zo goed mogelijk te verbergen zodat je uit de line-of-sight van de meester blijft. Af en toe is er ook teleurstelling mee gemoeid. Je zat net naast je beste vriendinnetje, je mag pas als laatste kiezen (maar de volgende keer mag je dan als eerste kiezen), jij hebt net die bank die weer niet fatsoenlijk dichtgaat, je zit als linkshandige aan de verkeerde kant en stoot constant tegen je buur zodat het lijkt of je eigengemaakte geschrift (wat kinderen van 12 hebben) waar je zo trots op bent, te vergelijken is met dat van een drie-jarige en je alzo de hoon van de leerkracht over je nek krijgt. Zo ben ik dan ook weer : streng, maar rechtvaardig (euhum)! Wel, voor deze laatste categorie heb ik een goede tip.

Waar ik eigenlijk naar toe wil, is dat de gepaste plaats rond de spellentafel ook zeer belangrijk is. In welke mate beïnvloedt dit het spel? Stijgen je winst- of verlieskansen als je naast persoon X of Y plaats neemt? Hoe zit het eigenlijk met het startspelervoordeel bij sommige spellen en de volgorde waarin je aan de beurt komt? Is hier eigenlijk al eens wetenschappelijk onderzoek naar verricht? Waarschijnlijk zal er op de "geek" (boardgamegeek voor diegenen die het niet kennen, google maar eens even) wel een hele uiteenzetting zijn over dit fenomeen.

Gisteren was het bij ons ook weer zo ver, een gezellige spellenavond gepland, spelletje uitgekozen, enorm veel zin erin, maar dan ... oh horror, waar gaat persoon X (elke gelijkenis met bestaande personen berust op toeval!) zich nestelen. Zorg vooral dat je er niet naast zit, want je bent gezien. Of het nu gaat over een meesterlijke zet of een flater van je welste, het draait waarschijnlijk weer volledig in jouw nadeel uit. Wie begint het spel? Wederom de jongste of toch maar de oudste? Wat als jij nu de middelste bent, zoek je dan toch maar een andere vriendenkring?

De spellenindustrie heeft hierop al een antwoord gevonden. Er is ondertussen een spel op de markt verschenen, "Startplayer", die komaf maakt met al die belachelijke startspelerbepalingen die de standaardregels voorschrijven. Maar nu moet je eigenlijk dus al een spel gaan spelen vooraleer je het eigenlijke spel nog maar kan aanvangen. Ik vermeld er graag nog kort even bij, dat er binnenkort ook soortgelijk spel verschijnt waarbij gelijke spelen op het einde worden gebroken. U vindt dit spel onder de naam "Tie-breaker" terug.

Tja, het zal waarschijnlijk voer voor discussie blijven. Het is en blijft gewoon zo dat je in een gezelschapsspel vaak afhankelijk bent van hetgeen dat je tegenstrevers uitvreten ... en dat maakt het juist zo interessant. Pas op, er zijn wel spellen waarbij je alles kan gaan uitrekenen, tactisch en strategisch gaan bepalen, zodat je al op voorhand weet dat je het spel zal winnen, maar zoiets is niet aan mij besteed, dan kan je beter achter de pc enkele spreadsheets openzetten en je kennis van excel even tentoonspreiden aan jezelf. Kicken geblazen!

Niets is trouwens erger dan samenspelen met voorbedachte rade, tenzij het gerechtvaardigd is en de verneukte persoon in kwestie het verdiende om gesjareld te worden. Sommige mensen spelen bijvoorbeeld in koppeltjes, ze kunnen het niet aanzien om hun geliefde partner te zien lijden (met lange ij) en zorgen er dan maar voor dat hij of zij het ganse spel kan leiden (met korte ei). Hatelijk vind ik dat, veel leuker is het tegenovergestelde, het voorbeeldkoppel dat elkaar na één kleine, belachelijke ZET totaal voor schut ZET. De sfeer zit er dan onmiddellijk in, de toon is gezet, de spellenavond kan dan al niet meer stuk. Toegegeven, ik zal er dan ook waarschijnlijk mijn voordeel wel mee doen, het gezegde "als twee honden vechten ..." is vaak van toepassing in de wondere wereld van het spel. Maar, het is op die manier toch gewoon zo veel leuker. Dat bepaalt overigens ook een goeie spellengroep. Een groep mensen die er niets mee inzit om mekaar een mes in de rug te planten, een loer te draaien, een patat in het gezicht te geven, dat houdt het levendig en zorgt ervoor dat er vooral gespeeld wordt.

Dus liefste kindjes van mijn klas, lees dit artikeltje nog maar eens goed na. Zet u vooral ook eens naast een kindje waar je liever niet naast zit, want er is niets zo plezant als eens een goede loer te draaien. Laat ze gerust overschrijven tijdens de toets van Frans, maar zorg dan dat je per ongeluk net een foutje schreef op je eigen blad. U kan dit later nog rustig verbeteren. Babbel en prul op die manier ook stukken minder, want je hebt toch niets te zeggen, je resultaten zullen zienderogen stijgen. Denk dus bij de volgende maandelijkse stoelendans aan deze grote les "pedagogisch inzicht en sociale vaardigheden" en je zal zien dat je met spelend gemak een nieuwe interessante maand tegemoet gaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten